LIED 79
De vreugde van een onderwijzer
-
1. Ik denk vaak aan toen ik bij je kwam,
wij studeerden uit Gods Woord,
jij vertelde dan hoe God je hielp.
Mijn gebed werd echt verhoord.
(REFREIN)
Ik zie hoe goed het met je gaat,
God is je steun en toeverlaat.
En elke dag bid ik voor jou om moed en kracht,
dat jij tot aan het eind volhardt.
-
2. En ik zag dat jij het moeilijk had,
want de tegenstand was zwaar.
Ik kwam langs, we praatten urenlang,
en Gods geest was altijd daar.
(REFREIN)
Ik zie hoe goed het met je gaat,
God is je steun en toeverlaat.
En elke dag bid ik voor jou om moed en kracht,
dat jij tot aan het eind volhardt.
-
3. En ik bid dat jij zo verdergaat,
dat je liefde niet verdwijnt,
dat je trouw zal blijven, net als ik,
wij volharden tot het eind.
(REFREIN)
Ik zie hoe goed het met je gaat,
God is je steun en toeverlaat.
En elke dag bid ik voor jou om moed en kracht,
dat jij tot aan het eind volhardt.
(Zie ook Luk. 6:48; Hand. 5:42; Fil. 4:1.)