Doorgaan naar inhoud

Doorgaan naar inhoudsopgave

Nog steeds leren de volken niets

Nog steeds leren de volken niets

Nog steeds leren de volken niets

„Als mensen lering konden trekken uit de geschiedenis — wat een lessen zou die ons kunnen leren! Maar Passie en Partij verblinden onze ogen, en het licht dat Ervaring geeft, is een lantaarn op de achtersteven die slechts op de golven achter ons schijnt!” — Samuel Taylor Coleridge.

BENT u het met de Engelse dichter Samuel Coleridge eens? Is het mogelijk dat we zo verblind zijn door passie voor een zaak dat we dezelfde tragische fouten maken als vorige generaties?

De kruistochten

Sta bijvoorbeeld eens stil bij enkele dingen die mensen tijdens de kruistochten hebben gedaan. In 1095 moedigde paus Urbanus II „christenen” aan het Heilige Land op de moslims te veroveren. Koningen, baronnen, ridders en burgers in alle landen waar Urbanus II gezag had, gaven gehoor aan zijn oproep. Volgens een middeleeuws geschiedschrijver was er „nauwelijks een volk dat naar de wet van Christus leefde” dat zich niet haastte om de zaak te steunen.

De geschiedkundige Zoé Oldenbourg verklaart dat de meeste kruisvaarders ’er absoluut van overtuigd waren dat ze door ter kruistocht te gaan, rechtstreeks in dienst van God Zelf traden’. Ze zagen zich, zegt ze, in de rol van „verderfengelen die op de kinderen van de duivel aanvielen”. Ze geloofden ook dat „iedereen die stierf, de martelaarskroon in de hemel zou verwerven”, zegt de schrijver Brian Moynahan.

Misschien wisten de kruisvaarders niet dat hun vijand iets soortgelijks geloofde. Islamitische soldaten, aldus de historicus J. M. Roberts in zijn boek Shorter History of the World, trokken ook ten strijde in de overtuiging dat ze voor God streden en „dat de dood op het slagveld tegen de ongelovigen gevolgd zou worden door de toegang tot het paradijs” in de hemel.

Beide partijen werd geleerd dat ze een rechtvaardige oorlog streden — goedgekeurd en gezegend door God. Religieuze en politieke leiders voedden die overtuiging en wakkerden de emoties van hun onderdanen aan. En beide partijen begingen onbeschrijfelijke gruwelen.

Wat voor mensen?

Wat voor mensen deden deze afschuwelijke dingen? De meesten waren gewone mensen — niet veel anders dan de mensen in deze tijd. Ongetwijfeld lieten velen van hen zich leiden door een vurig idealisme en de wens het onrecht te corrigeren dat ze in de toenmalige wereld waarnamen. In hun emotioneel geladen toestand schenen ze zich niet bewust te zijn van het feit dat ze in hun strijd voor „rechtvaardigheid” niets dan onrecht, pijn en lijden brachten over honderdduizenden onschuldige mannen, vrouwen en kinderen die in de gevechtszones in de val kwamen te zitten.

Is dat door de hele geschiedenis heen niet het beeld geweest? Hebben charismatische leiders niet herhaaldelijk talloze miljoenen mensen — die normaalgesproken nooit een dergelijk gedrag overwogen zouden hebben — tot woeste en barbaarse oorlogen bewogen tegen hun godsdienstige en politieke tegenstanders? De oproep tot de strijd aan beide kanten van het conflict en de beweringen dat God met elke kant was, wettigden de gewelddadige onderdrukking van politieke en religieuze tegenstand. Het maakte deel uit van een ingeburgerd patroon waarmee de belangen van tirannen al eeuwenlang gediend zijn. Dat, zo zegt Moynahan, is de norm die „de architecten van de Holocaust en hedendaagse etnische zuiveringen evenzeer van pas zou komen als ze destijds de eerste kruistocht op gang bracht”.

’Maar verstandige mensen in deze tijd zouden zich niet langer op die manier laten manipuleren’, denkt u misschien. ’Zijn we nu niet veel beschaafder?’ Dat zou zo moeten zijn. Maar is er echt lering getrokken uit de geschiedenis? Wie kan in alle oprechtheid zeggen dat dit zo is als we de geschiedenis van de afgelopen honderd jaar beschouwen?

De Eerste Wereldoorlog

Het patroon van de kruistochten herhaalde zich bijvoorbeeld ten tijde van de Eerste Wereldoorlog. Het is „een van de paradoxen van 1914”, zegt Roberts, „dat in elk land enorme aantallen mensen, van alle partijen, gezindten en afkomst, verrassend genoeg bereidwillig en opgewekt ten oorlog getrokken schijnen te zijn”.

Waarom zijn enorme aantallen gewone mensen „bereidwillig en opgewekt ten oorlog getrokken”? Omdat ze, net als degenen die vóór hen zo bereidwillig ten oorlog getrokken waren, hun normen en opvattingen hadden laten vormen door de toen gangbare filosofieën. Hoewel sommigen bezield kunnen zijn geweest door principes als vrijheid en gerechtigheid, lijdt het weinig twijfel dat velen gemotiveerd werden door de arrogante overtuiging dat hun volk superieur was aan andere volken en daarom de heerschappij verdiende.

Hun was wijsgemaakt dat oorlog er nu eenmaal bij hoort in de orde der dingen — een soort „biologische noodzaak”. „Het sociaal darwinisme”, zegt de schrijver Phil Williams, bevorderde bijvoorbeeld het denkbeeld dat oorlog een legitiem middel was om „die soorten uit te roeien die het niet waard waren in leven te blijven”.

Uiteraard dacht iedereen dat hij voor een rechtvaardige zaak streed. Met welk gevolg? Tijdens de Eerste Wereldoorlog, aldus de schrijver en historicus Martin Gilbert, „wakkerden regeringen racisme, patriottisme en militaire moed aan” — en mensen volgden blindelings. De econoom John Kenneth Galbraith groeide tijdens die oorlog op het Canadese platteland op. Hij zei dat rondom hem mensen spraken over „de ongelofelijke stupiditeit van het conflict in Europa”. „Intelligente mensen . . . leenden zich niet voor zulke waanzin”, zeiden ze. Maar ook deze keer deden ze het toch. Met welke gevolgen? Onder de ruim negen miljoen militairen die er aan beide zijden vielen in de gruwel die men de Eerste Wereldoorlog is gaan noemen, bevonden zich zo’n 60.000 Canadese soldaten.

Niets geleerd

In de volgende twee decennia deed met de opkomst van het fascisme en het nazisme opnieuw dezelfde geest zijn intrede. Fascisten begonnen gebruik te maken van „symbolen en mythen, de traditionele propagandamiddelen, om de emoties van volken aan te wakkeren”, schrijft Hugh Purcell. Een bijzonder krachtig instrument dat ze gebruikten, was de machtige mengeling van godsdienst en politiek: ze baden om Gods zegen op hun legers.

Iemand die ’een meester was in de massapsychologie en een briljant redenaar’, was Adolf Hitler. Zoals veel demagogen uit het verleden, aldus Dick Geary in Hitler and Nazism, geloofde Hitler dat ’de grote massa zich niet door hun hersenen maar door hun emoties liet leiden’. Hij speelde op deze menselijke zwakheid in door behendig een eeuwenoude techniek uit te buiten, het kanaliseren van de haat tegen een gemeenschappelijke vijand. Hij „richtte de angsten en de wrokgevoelens van de Duitsers tegen de joden”, zegt Purcell. Hitler belasterde de joden met de woorden: ’De jood is de bederver van de Duitse natie.’

Het angstaanjagende van dit hele tijdperk is, dat miljoenen schijnbaar fatsoenlijke mensen zich gemakkelijk lieten aanzetten tot massamoord. „Hoe kon de bevolking van een zogenaamd beschaafd land niet alleen de afschuwelijke barbaarsheid van de nazistaat dulden maar zich er ook bij laten betrekken?”, vraagt Geary zich af. En het was niet alleen een „beschaafd” land maar ook zogenaamd een christelijk land! Ze werden daartoe verlokt omdat ze de filosofieën en denkbeelden van mensen verkozen boven de leer van Jezus Christus. En hoeveel oprechte, idealistische mannen en vrouwen zijn sindsdien niet tot afschuwelijke gruweldaden gebracht!

„De ervaring en de geschiedenis leren”, zegt de Duitse filosoof Georg Hegel, „dat volken en regeringen nooit enige lering uit de geschiedenis hebben getrokken of naar eventuele lessen die ze eruit hadden kunnen afleiden, hebben gehandeld.” Velen zijn het misschien niet eens met Hegels filosofie over het leven, maar weinigen zullen het oneens zijn met die uitspraak. Helaas schijnen mensen er inderdaad veel moeite mee te hebben enige lering uit de geschiedenis te trekken. Maar moet dat ook voor u gelden?

Eén duidelijke les die we kunnen leren, is beslist deze: We hebben iets veel betrouwbaarders nodig dan feilbare menselijke filosofieën willen de tragedies van vorige generaties vermeden worden. Maar wat moet een leidraad zijn voor ons denken, als het niet de menselijke filosofie is? Ruim duizend jaar voor de tijd van de kruistochten lieten discipelen van Jezus Christus zien wat de ware christelijke weg — en de enige redelijke weg — moet zijn. Laten we eens bekijken wat zij deden om te vermijden dat ze in de bloedige conflicten van hun tijd werden meegezogen. Maar is het waarschijnlijk dat de volken in deze tijd zullen leren hoe dat te doen en zo conflicten te vermijden? En afgezien van wat volken doen, wat zal Gods oplossing zijn om een eind te maken aan al deze ellende?

[Illustraties op blz. 6]

Menselijke conflicten worden gekenmerkt door barbaarsheid en lijden

[Illustraties op blz. 7]

Boven: Vluchtelingen in door oorlog verscheurd gebied

Hoe konden zogenaamd beschaafde mensen betrokken raken bij zulke daden van onbeschrijfelijk geweld?

[Verantwoording]

Rwandan refugees: UN PHOTO 186788/J. Isaac; collapse of World Trade Center: AP Photo/Amy Sancetta